
Het is 1 september geweest en dan heb ik altijd het gevoel dat de zomer voorbij is. Daar word ik altijd een beetje droevig van. Dan blader ik nog eens door mijn vakantiefoto’s, maar dat helpt eigenlijk ook niet. Weer een zomer voorbij. Ik ga altijd kamperen in Frankrijk en deze vakantie heb ik maar drie boeken gelezen. Voor mijn doen heel weinig en dat komt omdat ik veel gemijmerd heb. Normaal gun ik mezelf dat niet, maar in de vakantie kan ik heel goed mijmeren. Dan lijkt het of ik niets doe, zittend op mijn stoeltje bij het meer, liggend in mijn hangmatje of wat voor plekje dan ook, maar dat beeld klopt niet, want dan ben ik aan het mijmeren. Daar ben ik, al zeg ik het zelf, best goed in. Ik ben nog steeds verliefd op de vrouw waar ik mee getrouwd ben, mijn jongens doen het goed (ze worden geen profvoetballer, maar verder geen klagen), mijn vrouw heeft een leuke baan dus wat blijft er dan over om te mijmeren? Jawel, mijn baan bij die prachtige omroep van de Bollenstreek. Nou is het wel de bedoeling dat ik gezellig doe op vakantie en dat ik niet met mijn werk bezig ben. Dat lukt vrij goed, behalve tijdens het mijmeren. Voordeel van mijmeren over je werk is dat mijn vrouw het niet door heeft. Ik mag van haar tijdens mijn vakantie niet met mijn werk bezig zijn. Logisch want die andere weken in het jaar ben ik 24 uur per dag 7 dagen per week met mijn werk bezig. Kortom: stiekem mijmer ik over mijn werk. Wat is er nodig om financieel gezond te worden? Hoe kom ik aan nieuwe vrijwilligers? Wat is de juiste verhouding tussen betaald en vrijwillig? Hoe voorkom ik dat de omroep soms een eenmansbedrijf is? Hoe zorg ik er voor dat iedereen juichend reageert als het over de omroep gaat? Dat er zelfs vragen door politici worden gesteld of mijn beloning wel onder de Balkenende-norm is. Het is een grote, roze mijmerwolk die de bocht uit vliegt. Mijn vrouw kijkt dan goedkeurend naar mij, want op mijn gezicht zit tijdens het mijmeren een gelukzalige glimlach. De beste ideeën noteer ik dan – stiekem als mijn vrouw niet kijkt- in het notitieblokje van mijn telefoon. Maar ja, de vakantie en dus het mijmeren, is weer voorbij. Ik begin met een ruzie tussen programmamakers. Mijn tv-regisseur gaat stoppen. De redacteur van de zaterdagprogramma’s heeft een baan en stopt ook. De auto van Bo wil niet starten want de accu was leeg. Ik kan niemand vinden voor allerlei nieuwswaardige zaken waar we als omroep bij moeten zijn. En we hebben nog steeds geldgebrek. Aaaaahggh, ik ben terug van vakantie, maar ik heb nu al heimwee naar het mijmeren.