Bollenstreek/Katwijk – Werkpaardjes waar de machinisten niet iedere dag met een poetsdoek overheen gingen. Het waren immers ‘gewoon’ werktuigen die het zware werk moesten verzetten. De primitieve locomotieven zonder vering maar een hoop kabaal producerend werden vroeger veel ingezet: in de wegenbouw en de steenindustrie waarbij klei werd vervoerd vanuit de Uiterwaarden naar de steenfabriek.
Bijna 100 jaar oud zijn de motorlocomotieven inmiddels en dat betekent dat ze een mooie oude dag verdienen. Stoomtreinmuseum Katwijk Leiden gaat ze die geven en heeft speciaal voor een deel van de collectie een nieuwe loods gebouwd. ‘Wij vinden het als museum belangrijk dat we zoveel mogelijk van onze collectie laten zien’, vertelt Pieter van der Ham, voorzitter van Stoomtrein Katwijk Leiden.
Bijzondere gift van meester instrumentmaker
Naast een subsidie van fonds 1818 uit Den Haag is de loods mede bekostigd met een legaat van Pieter Leemans. Deze meester instrumentmaker kwam uit Leiden en was volgens van der Ham ‘misschien wel een soort vakidioot, hij ontwikkelde de prachtigste machines.’
Hij trouwde nooit en liet zijn volledige vermogen na aan goede doelen in de omgeving. ‘Omdat hij onze organisatie zo enorm op prijs stelde vanwege de technische vaardigheden die hier zijn heeft hij ons een bedrag van € 25.000,- nagelaten.’
Vrouwelijke machinist
Op het terrein waar de treinen op het rechte pad worden gehouden door smalspoor lopen alle leeftijden rond, van dertien tot ver in de tachtig jaar: ‘Allemaal met hetzelfde enthousiasme’, aldus voorzitter Pieter van der Ham. Toch tellen de 140 vrijwilligers die er bij Stoomtrein Katwijk Leiden actief zijn, bijna alleen maar mannen. De vrouwen zijn bijna op twee handen te tellen.
‘We hebben nog steeds geen vrouwelijke machinist en dat is al jarenlang een wens van ons. Je kan dat niet van de ene op de andere dag worden maar ik zou dolgraag willen dat we meer meiden die techniek leuk vinden hier op de locomotief zouden hebben.’
Stoomtreinmuseum Katwijk Leiden blijft uitbreiden
Samen met Fonds 1818 is er een plan ontwikkeld voor het compleet verbouwen van het binnenmuseum. ‘We hadden een prachtig binnenmuseum, maar het was erg gedateerd’, vertelt van der Ham. ‘Er komt 500m2 expositie ruimte bij en dat moet volgende voorjaar voor het publiek zichtbaar zijn.’
Een heel groot project waar nu al aan gewerkt wordt is de completering van de spoorlijn. ‘Er ontbreekt nog een stuk van een kilometer over de zandwinning en dat zijn we nu aan het aanleggen. De bedoeling is dat er volgende jaar helemaal rond het meer gereden kan worden.’ Wie weet dan wel met een vrouwelijke machinist. (dit is een bijdrage van mediapartner Omroep West)
