Voorhout – De Katholieke Technische School (KTS) Voorhout viert op 5 november haar honderdjarig bestaan. Het jubileum markeert een eeuw van technisch onderwijs in de regio, waarin de school zich ontwikkelde van een kleinschalige nijverheidsschool tot een moderne instelling met een breed vakgericht opleidingsaanbod. Het jubileumjaar ging van start in augustus, maar op 5 november vormt een feestelijke bijeenkomst voor leerlingen, docenten en genodigden het hoogtepunt van de viering.
Begonnen met een zak mest: De locatie van de school werd oorspronkelijk gebruikt door boeren uit Friesland die mest naar de Bollenstreek brachten voor de bollenteelt. Zo ontstond de route die later de Strontrace zou worden. In feite had de streek al een link met landbouw en ambacht nog voordat de KTS opende.
De KTS begon in 1924 als de Bisschoppelijke Nijverheidsschool en werd opgericht door de Broederscongregatie Onze Lieve Vrouw van Zeven Smarten op het landgoed Schoonoord aan de Leidsevaart in Voorhout. Destijds bood de school onderdak aan leerlingen die op zoek waren naar een praktische opleiding, met een sterke nadruk op vakmanschap en ambachtelijke vaardigheden. De school vervulde daarmee een belangrijke behoefte voor jongeren in de regio en trok al snel leerlingen van verder weg.
In 1968, na de invoering van de Mammoetwet, veranderde de naam in Katholieke Technische School, en werd het onderwijs verder gemoderniseerd. In de jaren ’80 maakte het oorspronkelijke gebouw aan de Leidsevaart plaats voor nieuwbouw, waarmee de school haar faciliteiten kon aanpassen aan de eisen van die tijd. Sindsdien heeft KTS zich voortdurend gericht op het bijhouden van de laatste technieken en op een nauwe samenwerking met het bedrijfsleven.
Tegenwoordig biedt KTS onderwijs aan zo’n 930 leerlingen en blijft de school groeien. Een kenmerk van het onderwijs is de kleinschalige opzet met kleine teams van docenten en begeleiders, die per leerjaar aan dezelfde leerlingen verbonden zijn. Dit model zorgt voor maatwerk in de begeleiding en stelt leerlingen in staat om onderwijs te volgen dat zowel vakinhoudelijk als persoonlijk aansluit.
Door de jaren heen zijn nieuwe technieken en samenwerkingen met het bedrijfsleven onderdeel geworden van het curriculum, zodat de opleidingen de veranderingen in de arbeidsmarkt kunnen volgen. De school wil hiermee bijdragen aan een soepele overgang voor leerlingen naar de beroepspraktijk.